Terug
Gepubliceerd op 18/10/2021

2021_CBS_00086 - Retributiereglement voor de bestuurlijke inbeslagname en de stalling van voertuigen - Goedkeuring

College van burgemeester en schepenen
ma 13/09/2021 - 13:00 Administratief Centrum Maaseik
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Johan Tollenaere, Burgemeester; Myriam Giebens, Schepen; Ann-Sofie Custers, Schepen; Edgard Stijven, Schepen; Marc Vereecken, Schepen; Guido Geusen, Schepen; Bouchera Ait Aadi, Schepen; Ati Wetzels, wnd. algemeen directeur

Secretaris

Ati Wetzels, wnd. algemeen directeur
2021_CBS_00086 - Retributiereglement voor de bestuurlijke inbeslagname en de stalling van voertuigen - Goedkeuring 2021_CBS_00086 - Retributiereglement voor de bestuurlijke inbeslagname en de stalling van voertuigen - Goedkeuring

Motivering

Juridisch kader

  • het bestuursdecreet van 7 december 2018 
  • het decreet lokaal bestuur en meer bepaald artikel 326 e.v. inzake bestuurlijk toezicht 
  • het decreet lokaal bestuur en meer bepaald artikel 285 e.v. inzake bekendmaking besluiten 
  • de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht 
  • artikel 173 van de Grondwet;
  • de omzendbrief KB ABB 2019/2 van 15 februari 2019 over de gemeentefiscaliteit

Regelgeving bevoegdheid

Artikel 40-41 van het decreet lokaal bestuur
De gemeenteraad is bevoegd op basis van artikel 40-41 van het decreet lokaal bestuur

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen legt het volgende voor aan de gemeenteraad:

Artikel 1

Met ingang vanaf 3 oktober 2021 en voor een termijn eindigend op 31 december 2025 wordt een retributie gevestigd op de bestuurlijke inbeslagname en de stalling van voertuigen op het grondgebied van de stad Maaseik.

Artikel 2

In dit reglement wordt verstaan onder:

  • Bestuurlijke inbeslagname: het voertuig dat een gevaar betekent voor het leven en/of de lichamelijke integriteit van personen en/of de veiligheid van goederen wordt aan het vrije beschikkingsrecht van de eigenaar, de bezitter en/of de bestuurder onttrokken, zolang zulks met het oog op de openbare veiligheid en rust vereist is;
  • Voertuig: alle motorvoertuigen, zonder dat deze opsomming beperkend is. Het begrip voertuig houdt eveneens alle toebehoren in, alsook de voorwerpen die er aan vastgemaakt zijn;
  • Forfaitaire retributie bestuurlijke inbeslagname voertuig: de kost voor de inbeslagname en takeling van het voertuig;
  • Bewaarkost: de kost voor het bewaren van het voertuig gedurende de periode van bestuurlijke inbeslagname.

Artikel 3

De retributie bestaat uit twee delen en wordt als volgt vastgesteld:

  • Deel 1: Forfaitaire retributie bestuurlijke inbeslagname voertuig:
  • voor een voertuig tot 3.500 kg:

            ° van 8u01 tot 17u00:  225 euro

            ° van 17u01 tot 22u:  275 euro

            ° van 22u01 tot 8u01:  300 euro

        voor een voertuig vanaf 3.500 kg:

            ° van 8u01 tot 17u00:  600 euro

            ° van 17u01 tot 22u:  650 euro

            ° van 22u01 tot 8u01:  700 euro

  • Deel 2: buitenstallingskost per kalenderdag:
    1. voor een voertuig tot 3.500 kg: 3,63 euro
    2. voor een voertuig vanaf 3.500 kg: 7,26 euro

        binnenstallingskost per kalenderdag

  1. voor een voertuig tot 3.500 kg: 6,05 euro
  2. voor een voertuig vanaf 3.500 kg: 14,52 euro

Artikel 4

§ 1. De retributie is verschuldigd door de persoon die de bestuurder/gebruiker was van het voertuig op het moment van de feiten die aanleiding gaven tot de inbeslagname van het voertuig.

§ 2. De houder van de nummerplaat en/of de eigenaar, dan wel bezitter, van het voertuig is de retributie verschuldigd indien de bestuurder in gebreke blijft.

Artikel 5

§ 1. De totale retributie is verschuldigd bij opheffing van de bestuurlijke inbeslagname, en dient uiterlijk op het moment van ophaling van het voertuig betaald te worden.

§ 2. De betaling van de retributie dient contant te gebeuren, bij voorkeur met debet- of creditcard. De snelbalie van de stad Maaseik staat in voor de inning van de retributie.

§ 3. Op het moment van ophaling van het voertuig dient de verschuldigde retributie volledig betaald te zijn. Het voertuig wordt niet vrijgegeven zolang de betaling niet voldaan is.

§ 4. Indien de betaling van de volledige retributie niet voldaan is op de voorziene dag van ophaling en/of het voertuig niet opgehaald wordt op de voorziene dag van ophaling, wordt de stalling verlengd en de bijkomende bewaarkost eveneens aangerekend.

§ 5. Het voertuig wordt maximaal tot 6 maanden na de bestuurlijke inbeslagname bewaard. Indien de retributie na die 6 maanden niet betaald is, wordt het voertuig eigendom van de stad overeenkomstig artikel 2279 BW.

Artikel 6

Bij gebrek aan betaling beschikt het gemeentebestuur, met het oog op de invordering, over de mogelijkheid om een dwangbevel uit te vaardigen voor de onbetwiste en opeisbare retributie, zoals voorzien in artikel 177 van het decreet lokaal bestuur. Voor de betwiste retributie kan het gemeentebestuur zich tot de burgerlijke rechtbank wenden.

Artikel 7

Van dit retributiereglement wordt melding gemaakt bij de toezichthoudende overheid overeenkomstig artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur.

Het retributiereglement wordt overeenkomstig artikel 286, 287 en 288 van het decreet over het lokaal bestuur afgekondigd en bekendgemaakt.


Bijlagen

  • Addendum protocolakkoord bestuurlijke handhaving Schepencollege_31_05_2021.pdf
  • Schepencollege_9_08_2021 goedkeuring raamovereenkomst takelen inbeslaggenomen voertuigen (5).pdf